Natuursteen een volledig natuurlijk product
- U bevindt zich hier:
- Home
- Natuursteen een volledig natuurlijk product
Producteigenschappen
Productinformatie
Verwerking en Onderhoud
Verwerking en Onderhoud bestrating en terrassen
Verwerking en Onderhoud tuinhout, schuttingen en tuinhekken
Een tuin is op zijn mooist als er gebruik wordt gemaakt van materialen die ook voorkomen in de natuur. Niet alleen planten en hout, maar ook bestrating is daarin enorm van belang. Voor de meest sfeervolle, rustgevende en natuurlijke uitstraling is er natuursteen in vele varianten.
Natuursteen is uniek in zijn kleurnuancering en structuur, geen twee stenen zijn hetzelfde. Daarom dienen alle tegels, bestratingsmaterialen en andere natuursteenproducten vóór verwerking uit verschillende verpakkingen vermengd te worden. Op deze manier wordt de meeste harmonieuze verdeling van kleuren en schakeringen van het gebruikte materiaal verkregen.
Om een mooi terras te realiseren is de verwerking een zeer belangrijke factor, aangeraden wordt om hiervoor een vakman te raadplegen die je het juiste advies kan geven toegesneden op de situatie in jouw tuin. Dit vanwege het feit dat jouw ondergrond, ligging, afwatering en gebruik ter plaatse kan afwijken.
Bekijk hier een selectie van onze natuursteentegels of kom langs bij één van onze vestigingen voor advies.
Kandla Gres Platine Grijs Kandla Gres Platine Okergeel
Fundering en verwerking
De basis van elk terras, oprit of pad wordt gevormd door een degelijke fundering. Een goede fundering bepaalt het eindresultaat en de duurzaamheid van elk project. Doordat iedere situatie echter anders is, wordt het onmogelijk om voor elk mogelijke ondergrond het juiste funderingsadvies te verschaffen. Hierna volgen enkele algemene richtlijnen. Hoe minder draagkrachtig de bestaande ondergrond, hoe zwaarder en dikker de funderingslaag moet zijn. De meeste funderingen bij normale projecten bestaan uit twee lagen, een onderlaag die bestaat uit gebroken puin en een afwerklaag die bestaat uit grof zand, in sommige gevallen vermengd met kalkvrije cement of een mortel. De dikte van de onderlaag zal variëren tussen de 15 en 30 cm en dient goed te worden verdicht. Als onderste laag wordt een geotextiel doek gebruikt ter stabilisatie, zodat de druk gelijkmatiger wordt verdeeld.
Een andere basisregel bij funderingen bepaalt dat dunne materialen (zoals tegels van 1 à 2 cm dik) een erg stevige fundering vragen, vaak zelfs een massieve betonnenplaat. In dit geval zullen de tegels vaak worden geplaatst in de specie. Het omgekeerde is natuurlijk ook waar. Dikke bestratingstenen bijvoorbeeld, kunnen worden geplaatst op een fundering van enkel goed verdicht grof zand. Tenslotte geldt als basisregel ook, dat de verwachte belasting (druk) de dikte van de fundering bepaalt. Voor een oprit, waar personenwagens overheen moeten, dient de fundering steviger en dikker te zijn, dan voor het tuinpad, dat alleen gebruikt wordt door voetgangers.
Het afschot van de afgewerkte vloer dient minimaal 1,5% te zijn, indien de vloer gestabiliseerd wordt dan alleen trascement hiervoor gebruiken. Zorg dat de ondergrond zo is opgebouwd dat overtollig water wordt afgevoerd en het optrekken van vocht niet bevorderd wordt. Natuursteentegels niet aftrillen maar voorzichtig inkloppen met een rubberen hamer, met uitzondering van kasseien en klinkers.
Bij natuursteentegels is er een verhoogde kans op vervuiling uit de ondergrond door capillaire werking. Het is daarom van groot belang te werken met schone materialen. Gebruik daarom bij de verwerking van natuursteentegels nooit vuil ophoogzand, dit zand bevat resten van organische stoffen. Gebruik hiervoor grof rivierenzand, dit is schoon zoet zand en bevorderd de waterafvoer.
Houd er rekening mee, dat enigszins beschadigde tegels (of andere materialen) altijd kunnen worden gebruikt om passtukken te zagen of aan de randen te verwerken, een schadepercentage van 5% is acceptabel.
Natuursteentegels zijn over het algemeen minder maatvast als betontegels. Bij natuursteentegels is een maattolerantie in dikte van -3/+3 mm toegestaan en in lengte en breedte een tolerantie van -5/+5 mm. Om maatverschillen bij natuursteen op te vangen kun je het beste werken met een kleine voeg. De voegen vul je hierna op met inveegzand of split of een voegmortel. Voor het invoegen kan men schoon zilverzand (wit of zwart) of voegsplit gebruiken. Ook wordt er vaak gekozen voor een verharde voeg, deze kan waterdoorlatend of waterafsluitend zijn, dit is afhankelijk van de situatie. Hanteer altijd een minimale voegbreedte tussen de bestrating van 3 mm. Lees voor verwerking van een voegmortel altijd het verwerkingsadvies op de verpakking.
Bij tegels van 60 x 60 cm, 80 x 80 cm en 100 x 100 cm, kan het oppervlak licht schotelvormig (hol) zijn. Dit komt doordat er in de groeve vanuit twee zijden wordt gezaagd en de zagen niet altijd precies op elkaar uit komen. Na het egaal schuren wordt de tegel dan iets schotelvormig. Dit is inherent aan het formaat tegels en is niet te voorkomen.
Leisteen is opgebouwd uit lagen. Bij leisteensoorten kunnen na een vorstperiode schilfers los komen van het oppervlak. Dit is een eigenschap van het materiaal en is daarom geen reden tot klacht.
Verwerking op zand
Zorg voor een cunet van circa 15 cm goed drainerend rivierenzand en verdicht dit goed. Vervolgens de tegels verwerken en invoegen met schoon (zilver)zand.
Verwerking op stabilisatie
Bij tegels dunner dan 4 cm kan gebruik gemaakt worden van een gestabiliseerde ondergrond. Stabilisatie is een mengsel van grof rivierenzand en droog (tras) cement, het cement wordt minimaal door de bovenste 10 cm van het zand geharkt of kan worden vermengt in een cementmolen.
Verbruik van het cement is circa 3 m2 per zak à 25 kg. Bij vermenging in een molen adviseren wij een verhouding van 1 deel cement en 8 delen zand. Door de keramische tegels aan de onderzijde te voorzien van een hechtlaag voorkomt men het losliggen van de tegels en zorgt men dat de bestrating een hechting vormt op de gedraaide mortel.
Als hechtlaag gebruikt men een papje van (tras) cement en water (het aanbranden van de tegels). Na het leggen van de bestrating moet je deze een aantal keren goed vochtig maken, hierdoor zal het mengsel van zand en cement onder de bestrating steeds harder worden. Zorg dat er geen cementresten op de bestrating achterblijven, dit geeft namelijk blijvende vlekken.
Vervolgens kan er worden gevoegd, na volledige uitharding van het voegmortel kan de bestrating worden belast.
Verwerking op split
Werk met een onderlaag van circa 10 cm grof rivierenzand, vervolgens hier bovenop een laag van minimaal 5 cm fijn split 2-6 mm gemengd met bindmiddel. De vermenging van het split met bindmiddel geniet bij voorkeur in een cementmolen met een verhouding van 100-150 kg split met 25 kg bindmiddel, hieraan toegevoegd schoon en koud leidingwater.
Zorg dat de bereidde mortel binnen 90 minuten word verwerkt in verband met uitharden.
Door de keramische tegels aan de onderzijde te voorzien van een hechtlaag voorkomt men het losliggen van de tegels en zorgt men dat de bestrating een hechting vormt op de gedraaide mortel. Als hechtlaag gebruikt men een speciale hechtmortel welke wordt aangemengd met water. Zorg dat de hechtmortel de gehele onderzijde van de tegel bedekt en voorkom dat de hechtmortel in de voegen terecht komt.
Het verbruik van de hechtmortel is circa 1,5 kg per m2 en zorg dat de hechtmortel binnen 15 minuten nat-in-nat wordt verwerkt.
Zorg dat er geen mortelresten op de bestrating achterblijven, dit geeft namelijk blijvende vlekken. Vervolgens kan er worden gevoegd, na volledige uitharding van het voegmortel kan de bestrating worden belast.